Logos Multilingual Portal

28. Lotman en de vertaalbaarheid - Deel Een

HomeTerugVooruit


Een belangrijke bijdrage aan de vertaalwetenschap en de afbakening van het begrip vertaalbaarheid vanuit een semiotisch gezichtspunt is geleverd door Jurij Lotman, de stichter van de semiotische school van Tartu. Laten we eerst kijken naar zijn loopbaan.

Wij moeten in de tijd teruggaan tot het Leningrad (Petersburg) van de jaren veertig waar de jonge Jurij Lotman zich inschrijft bij de universiteit en, met een onderbreking tijdens de Tweede Wereldoorlog, afstudeert in de letteren bij de faculteit waar veel docenten werken die in de voorgaande twintig jaar de grote mannen waren geweest van het formalisme en het structuralisme; we noemen alleen Propp, die wij vooral kennen door zijn onderzoek op het gebied van folklore en sprookjes.

Na in 1950 zijn universitaire studie met briljante resultaten te hebben afgesloten, gaat Lotman op zoek naar werk, maar telkens als hij op het punt staat te worden aangenomen, is er iemand die in zijn plaats wordt aangesteld. De jonge geleerde weet niet dat er in zijn tijd een verborgen antisemitische politiek wordt gevoerd, waarvan hij de dupe is.

In de tussentijd vindt een oud-medestudente echter werk aan de universiteit van Tartu, waar zij ontdekt dat er andere vacante leerstoelen zijn. Lotman verhuist meteen naar Estland. Hier hebben de autoriteiten het te druk met vechten tegen het verzet van de bevolking, die het Sovjetregime vijandig gezind is, om zich bezig te houden met de anti-joodse campagnes waarvoor Moskou hen precieze richtlijnen stuurde 1.

Overigens moet worden opgemerkt dat er in Estland maar weinig joden zijn overgebleven na de massale deportaties tijdens de Duitse bezetting.

Door een reeks gelukkige omstandigheden begint Lotman aldus zijn universitaire loopbaan in Tartu, de tweede stad van Estland, de noordelijkste van de drie Baltische staten, die uiteindelijk in 1991 een onafhankelijke democratische republiek zou worden. Tartu is al sinds 1632 de zetel van een beroemde universiteit. In de jaren zestig houdt Lotman zich vooral bezig met de methodiek van analyse van poëtische teksten en onderzoek naar ideologische cultuurmodellen. In 1960 geeft Lotman als eerste een cursus structurele poëtica en in 1962, publiceert hij zijn Lessen in structurele poëtica 2.

In 1962 organiseren de Raad voor de cybernetica en het Instituut voor slavistiek in Moskou, waarbinnen de structurele linguïstiek de heersende stroming vormt, een symposium over de structurele studie van tekensystemen. Omdat de beide disciplines cybernetica en structurele linguïstiek nog als pseudo-wetenschappen worden beschouwd en door de academische wereld worden verguisd, krijgt het symposium het karakter van een vernieuwende, anticonformistische gebeurtenis. Op het symposium worden onder andere voordrachten gehouden over

taalsemiotiek, logische semiotiek, automatische vertaling, semiotiek van de kunst, mythologie, beschrijving van de taal van non-verbale communicatiesystemen (met name tekens als verkeerstekens, de taal van de speelkaarten enz.), semiotiek van de communicatie met doofstommen, semiotiek van het ritueel 3,

die later met veel succes gepubliceerd zijn in de nu beroemde "uitgangspunten". Na deze stellingen van het Moskovitische symposium in bezit te hebben gekregen, gaat Lotman naar Moskou om contact te leggen met zijn Russische collega's en stelt hij hun een samenwerking voor met Tartu als geografische basis. Zo ontstaat in 1964 het prestigieuze tijdschrift Trudy po znakovym sistemam, dat nog steeds floreert en een titel in drie andere talen heeft: Sign System Studies, Töid märgisüsteemide alalt (in het Ests) en Semeiotikè. In datzelfde jaar 1964 wordt ook de eerste conferentie van de nieuwe "school" gehouden in Tartu. Dat velen deze school simpelweg aanduiden als «de school van Tartu» komt doordat in die stad de redactie van het tijdschrift is gevestigd, dat grofweg eenmaal per jaar verschijnt en in de wereld van de semiotiek een zeer belangrijk referentiepunt vormt.

Lotman overleed in 1993. De leerstoel semiotiek wordt nu bezet door Peeter Torop (met wie wij reeds uitgebreid hebben kennisgemaakt in de voorgaande lessen), een van de grootste deskundigen op het gebied van de semiotiek in relatie tot de vertaling.

Om te begrijpen wat Lotman zegt over vertaalbaarheid, moeten wij eerst terugschakelen naar zijn algemene gedachten op het gebied van de cultuur:

[...] waar het voor het biologisch overleven van een individu genoeg is dat bepaalde natuurlijke behoeften worden bevredigd, is het leven van een collectiviteit, van welke aard ook, niet mogelijk zonder dat er een cultuur is [...] Alle behoeften van de mens kunnen in twee groepen worden onderverdeeld. De eerste moeten terstond worden bevredigd en kunnen (bijna) niet worden geaccumuleerd. [...] De behoeften waaraan kan worden voldaan door accumulatie van reserves vormen een aparte groep. Zij vormen de basis voor verwerving van extragenetische informatie door het organisme 4.

In de dialectica van natuur/cultuur kent Lotman de mens als enig wezen de mogelijkheid toe om aan beide systemen deel te hebben:

Zo bevindt de mens zich in de strijd om het bestaan in twee processen: in het ene als consument van materiële waarden, van dingen, in het andere echter als vergaarder (accumulator) van informatie. Beide zijn noodzakelijk voor het bestaan. Waar de mens als biologisch schepsel genoeg heeft aan het eerste, veronderstelt zijn sociale leven beide processen 5.

Volgens Lotman bestaan in de wereld van de semiotiek echter niet alleen de ruimte van de cultuur en de natuur, maar ook de ruimte van de non-cultuur, «die sfeer die functioneel beschouwd tot de Cultuur behoort, maar niet aan de regels ervan voldoet» 6. Wanneer Lotman het heeft over «Cultuur», dan verwijst hij naar het geheel van culturen die de menselijke wereld vormen, en binnen elk ervan ziet hij «een geheel van talen», waardoor iedere exponent van een bepaalde cultuur «een soort "polyglot"» is.

Zoals we spoedig zullen zien, staat Lotmans begrip cultuur in nauw verband met de studie van vertalingen en vertaalbaarheid.

[...] de cultuur is een bundeling van semiotische systemen (talen) die een historische ontwikkelingen hebben ondergaan. [...] De vertaling van dezelfde teksten naar andere semiotische systemen, de assimilatie van verschillende teksten, de verplaatsing van de grenzen tussen de teksten die behoren tot de cultuur en die welke de grenzen van de cultuur te buiten gaan, vormen het mechanisme waarmee de mens zich de werkelijkheid cultureel eigen maakt. Vertaling van een bepaalde sector van de werkelijkheid in een der talen van de cultuur, er een tekst van maken, dat wil zeggen op een bepaalde manier gecodificeerde informatie in het collectieve geheugen inbrengen: dat is de sfeer van dagelijkse culturele activiteit. Slechts dat wat is vertaald in een systeem van tekens kan tot bezit van het geheugen worden. De intellectuele geschiedenis van de mensheid kan worden gezien als een strijd om het geheugen. Niet voor niets manifesteert vernietiging van een cultuur zich als vernietiging van het geheugen, vernietiging van teksten, als het vergeten van verbanden 7.

In latere geschriften, en met name in het essay met de titel De semiosfeer, komt het semiotische begrip steeds meer te berusten op het begrip vertaling.

[..] de hele semiotische ruimte kan worden gezien als één mechanisme (zo niet als één organisme). Als fundamenteel wordt dan ook niet de rol gezien die een willekeurig bouwsteentje van dat organisme speelt, maar de werking vban het "grote systeem " dat «semiosfeer» heet. De semiosfeer is die semiotische ruimte buiten welke de semiose zelfs niet kan bestaan 8.

In de volgende lessen zullen we zien hoe het functioneren van dit enorme, gecompliceerde organisme rust op een basis die bestaat uit een uiterst wijdvertakt netwerk van vertalingen.

 

Bibliografie

EGOROV B. Zizn´ i tvorcestvo JU. M. Lotmana. Moskvà, Novoe literaturnoe obozrenie, 1999. ISBN 5-86793-070-X.

LOTMAN JU. Izbrannye stat´i v trëh tomah. vol. 1. Stat´i po semiotike i tipologii kul´tury. Tallinn, Aleksandra, 1992. ISBN 5-450-01551-8.

LOTMAN JU. Lekcii po struktural´noj poètike. In JU. M. Lotman i tartusko-moskovskaja semioticeskaja skola. Moskvà, Gnozis, 1994, p. 10-263. ISBN 5-7333-0486-3. Italiaanse editie: JU. Lotman, La semiosfera, Venezia, Marsilio, 1985. ISBN 88-317-4703-7.

LOTMAN JU. Stat´i po tipologii kul´tury. Tartu, 1970. Italiaanse editie: JU. Lotman e B. Uspenskij, Tipologia della cultura, Milano, Bompiani, 1987.

In het Engels zijn van Lotman o.a. verschenen:

LOTMAN JU. Thesis on the Semiotic Study of Culture, Lisse, Peter de Ridder Press, 1975

LOTMAN JU. The Structure of the Artistic Text, Ann Arbor, University of Michigan Press, 1977.

LOTMAN JU. Universe of the Mind, London, Tauris, 1990.

USPENSKIJ B. Tartuskaja semioticeskaja skola glazami eë ucastnikov, in JU. M. Lotman i tartusko-moskovskaja semioticeskaja skola. Moskvà, Gnosis, 1994c, p. 265-351. ISBN 5-7333-0486-3.


1 Egorov 1999, p. 48-49.
2 Lotman 1994.
3 Uspenskij 1994, p. 270.
4 Lotman 1987, p. 26-27.
5 Lotman 1987, p. 28.
6 Lotman 1987, p. 30.
7 Lotman 1987, p. 31.
8 Lotman 1992, p. 13



 



HomeTerugVooruit