Logos Multilingual Portal

37. Intersemiotische vertaling - Deel Twee

HomeTerugVooruit


Bij de intersemiotische vertaling, zoals in het algemeen bij elk soort vertaling, kan men beter dan te doen alsof alles kan worden vertaald/overgedragen en te ontkennen wat overduidelijk is, er van meet af aan rekening mee houden. Dit kan door een vertaalstrategie uit te kiezen die het rationeel mogelijk maakt om te beslissen welke "delen", welke componenten van de tekst het meest kenmerkend zijn, en welke daarentegen kunnen worden opgeofferd in naam van de vertaalbaarheid van een ander deel van de tekst. Zoals Clüver stelt, is het onvermijdelijk dat een vertaling niet equivalent is aan het origineel, en tegelijkertijd zowel meer als ook minder bevat dan dat origineel.

Any translation will inevitably offer both less and more than the source text. A translator's success will depend [...] also on the decisions made as to what may be sacrificed [...]1.

In wezen komt het betoog van Clüver dicht bij dat over de dominant waar we het al over hebben gehad, met name in les 19. Het geheel van de beslissingen die een vertaler moet nemen alvorens hij een tekst vertaalt, heeft te maken met de bepaling van de dominant van de tekst, niet alleen in intrinsieke zin, maar ook binnen de culturele context waarin het origineel zich bevindt in de broncultuur, en binnen de culturele context waarin het vertaalproject in de doelcultuur wordt geprojecteerd.

Wanneer er vertaald wordt van de ene tekst in de andere, kan dat geheel van beslissingen misschien niet volledig duidelijk zijn voor de lezer van de vertaling (als er bijvoorbeeld een nawoord van de vertaler of een andere vorm van metatekst of kritisch apparaat ontbreekt waarin de vertaler rekenschap aflegt van zijn keuzes). In sommige gevallen is de vertaler zich zelfs niet van zijn keuzes bewust, omdat hij ze op irrationele wijze heeft gemaakt: hij is om zo te zeggen onbewust gaan vertalen. In dit geval is de vertaalstrategie aan het toeval overgelaten.

Een van de redenen waarom deze activiteit zich kan onttrekken aan rationele controle is dat men zowel aan het begin als aan het eind van het vertaalproces te maken heeft met een tekst. Als we de verschillen tussen beide niet grondig analyseren, kan ons ontgaan wat er bij de omzetting verloren is gegaan. Denotatieve en connotatieve aspecten, klanken, ritmen, syntactische structuren, lexicale cohesie, intratekstuele en intertekstuele verwijzingen en ga zo maar door: sommige van deze componenten kunnen in de vertaalde tekst verloren zijn gegaan zonder dat dit meteen in het oog valt.

Wanneer echter bij een intertekstuele vertaling een van beide teksten non-verbaal van aard is, wordt de keuze van de te vertalen delen en de elementen die moeten worden opgeofferd veel duidelijker. De intersemiotische vertaler wordt namelijk gedwongen om willens en wetens de originele tekst in een aantal delen op te splitsen (het doet er niet toe hoe: denotatie/expressie/inhoud, dialogen/beschrijvingen, intertekstuele/intratekstuele verwijzingen etc.) en het origineel te demonteren tot deze delen afzonderlijk zichtbaar overblijven, voor elk ervan dan een vertaling te vinden en ze tenslotte weer te monteren en zo de coherentie en cohesie die, zoals we al zeiden, de essentie van een tekst vormen, te herscheppen.

Laten we als voorbeeld de vertaling in filmvorm nemen. Torop heeft hier interessante dingen over gezegd:

Het fundamentele verschil tussen film en literair werk ligt in het feit dat de literatuur wordt gefixeerd in de vorm van het geschreven woord, terwijl in de film het beeld (voorstelling) wordt ondersteund door geluid in de vorm van muziek of woorden 2.

Het verschil waarop Torop wijst, is dat tussen geschreven en gesproken woord. In de film is het moeilijk een plaats te vinden voor het eerste, terwijl het heel goed mogelijk is dat er ruimte is voor dialoog. Een compositie in filmvorm kan in verschillende elementen worden ontleed: de dialoog tussen de personages, de natuurlijke setting, de eventuele stemmen buiten het blikveld, de soundtrack, de montage, de inkadering, het licht, de kleur, de onderverdeling van de ruimte, het blikveld, in geval van de menselijk stem ook het timbre en de intonatie, de samenstelling van het fotogram. Om een verbale tekst in een film te vertalen is het onvermijdelijk bij het origineel een rationele onderverdeling aan te brengen om te kunnen beslissen aan welke elementen van de filmcompositie de vertaling van sommige stilistische of narratologische elementen van het origineel moet worden toevertrouwd.

Een paar voorbeelden. Laten we er van uitgaan dat we te maken hebben met de vertaling in filmvorm van een roman. De auteur van het scenario kan ervoor kiezen de dialogen te ontlenen aan de originele tekst en deze letterlijk over te nemen in de film in de vorm van dialogen. Dat is bijvoorbeeld de keuze geweest die scenarioschrijver Nick Dear in bijna alle gevallen heeft gemaakt bij de verfilming van Jane Austen´s Pride and Prejudice voor de BBC 3.

Er bestaan echter ook andere aspecten van het origineel die op verschillende wijze kunnen worden weergegeven. Om bij de filmversie van Jane Austen te blijven, in de oorspronkelijke tekst wordt, wanneer Elizabeth Bennet een brief ontvangt, de tekst uiteraard door de verteller aangehaald. In de film zien we echter de actrice Jennifer Ehle de enveloppe openen, de brief lezen, maar een deel van de tekst horen wij als een stem (van de actrice zelf) van buiten het blikveld, terwijl andere delen dienen als geluidsachtergrond voor volgende scènes (er is in wezen sprake van een prolepsis of flashforward van de beelden ten opzichte van de soundtrack), en weer andere delen krijgt het publiek te zien vanuit de afzender van de brief terwijl hij schrijft, zoals in het geval van een brief van Darcy, met een snelle flashback, of analepsis.

Andere delen van de filmversie zijn noodzakelijkerwijs veel vrijer opgevat. Om ons tot een paar voorbeelden te beperken: de muziek waarop bij de talrijke bals wordt gedanst. Bij gebrek aan een duidelijke aanwijzing van de auteur, heeft de scenarioschrijver zich gedwongen gezien om lukraak een keus te maken uit het repertoire van Engelse dansmuziek van het eind van de achttiende en het begin van de negentiende eeuw. En de stijl, de manier van vertellen van Jane Austen vormt misschien een vertaalresidu.

Wij hebben gezegd dat intersemiotische vertaling een soort demontage van het origineel in elementen met zich meebrengt, waarbij componenten worden aangewezen die geschikt zijn om die elementen te vertalen in het kader van de cohesie van de vertaalde tekst.

Dat geldt ook voor de tekstuele en intertekstuele vertaling.

Meer in het algemeen kan men zeggen dat vertalen een rationaliserende activiteit is. Als er in het origineel dubbelzinnige of polyseme elementen voorkomen, dan moet de vertaler deze allereerst lezen, aanwijzen, interpreteren en rationeel trachten het vertaalbare te vertalen. Daardoor zouden we geneigd kunnen zijn te denken dat het gemakkelijker is in de vertaalde tekst de verschillende elementen van het oorspronkelijke werk te onderscheiden en dat daarin minder dubbelzinnigheden voorkomen en de polysemie van de woorden wordt afgezwakt.

Wanneer de vertaalde tekst echter in een extraliteraire code is gesteld, zoals in het geval van de verfilming, dan ontstaat de paradoxale situatie dat het in een film ingewikkelder is het expressieve vlak te onderscheiden van het inhoudelijke vlak. De reeks bewegende beelden en geluiden is moeilijker te analyseren dan een geschreven tekst. Daarom kan in een film, net als in de poëzie een artistiek procédé sterker naar voren komen, dat is gebaseerd op een in verhouding tot het geschreven proza irrationeler principe.

Maar is de filmversie van een roman dan tegelijk meer en minder rationeel dan het origineel? Ondanks het feit dat in een film, of in een schilderij of een muziekstuk — dat wil zeggen in het product van het vertaalproces — de irrationele component overheerst, is het evident dat het proces als zodanig in elk geval rationeler is. Tenminste in de geest van de "vertaler" is het duidelijk welk vertalend element overeenkomt met een bepaalde component van het origineel.

Laten we als voorbeeld Peter en de wolf van Prokofiev nemen: in sommige versies voor kinderen is er zelfs een soort "voorwoord" ingelast waarin wordt uitgelegd met welk personage van het sprookje bepaalde muziekinstrumenten overeenkomen, zodat als de vertolker eenmaal zijn keuze heeft gemaakt, dat ook voor de luisteraar duidelijk is. In dit geval zijn de vertaalcriteria heel duidelijk gemaakt: het is duidelijk wat is omgezet en wat als vertaalresidu is overgebleven.

Een laatste aspect van de intersemiotische vertaling waarbij we even stil willen staan is dat van de vertaalbaarheid. Omdat de originele tekst en de vertaling of metatekst moeilijk met precieze parameters kunnen worden vergeleken, kunnen de begrippen ‘vertaalbaarheid’ en ‘passendheid’ alleen in conventionele termen worden beschouwd. Als voor de "gewone", tekstuele vertaling al het principe geldt dat een origineel talrijke verschillende vertalingen kan genereren die allemaal potentieel passend zijn, voor de intersemiotische vertaling wordt dat potentieel nog groter, zodat het ondenkbaar is dat iemand zou kunnen proberen een tekst terug te vertalen in de originele taal in de hoop daar als resultaat de originele tekst van terug tekrijgen. Zoals Torop stelt, het is onmogelijk om een tekst te herkennen die in omgekeerde richting is terugvertaald, want het is een nieuwe tekst geworden. 4

 

Bibliografie

AUSTEN J. Pride and Prejudice. Scenario van Nick Dear, London, BBC, 1995.

CLÜVER, C. On intersemiotic transposition. Poetics Today, vol. 10, n. 1, Tel Aviv, The Porter Institute for Poetics and Semiotics, 1989.

LOTMAN JU. Izbrannye stat´i v trëh tomah. vol. 1. Stat´i po semiotike i tipologii kul´tury. Tallinn, Aleksandra, 1992. ISBN 5-450-01551-8.

TOROP P. La traduzione totale. Uitgegeven door B. Osimo. Modena, Logos-Guaraldi, 2000. ISBN 88-8049-195-4. Oorspr. titel Total´nyj perevod [De totale vertaling]. Tartu, Tartu Ülikooli Kirjastus [Publicaties van de Universiteit van Tartu], 1995. ISBN 9985-56-122-8.


1 Clüver 1989, p. 61.
2 Torop 2000, p. 300.
3 Austen 1995.
4 Lotman 1992, p. 35-36. Torop 2000, p. 135.



 



HomeTerugVooruit